Als je eens wist

Als je eens wist is de nieuwe docu serie van Hilde Van Mieghem te zien op Canvas over kindermishandeling.

Geloof het of geloof het niet deze woorden kapulteren Ome Rik terug in de tijd.

‘Als je eens wist wat ik allemaal heb meegemaakt’, zegt de oude man verzonken in zijn gedachten.

En hij zweeg. Dat is mij al die jaren bijgebleven.

Het zwijgen. Het zwijgen over wat te moeilijk was om te zeggen.

Later zou psychiater J.R.M. Maas mij een leidraad geven in mijn sociaal werk, in het kijken naar mensen. ‘Hoe krankzinnig het gedrag ook lijkt, het moet betekenis hebben. Het is zinvol en niet in gebruikelijke zin slecht of afwijkend’.

Daarom is het zo belangrijk dat er moedige getuigenissen zijn van mensen over de impact dat kindermishandeling heeft gehad op hun verder leven. Zo kan er ook erkenning en mededogen komen voor mensen die het nooit hebben kunnen zeggen wat hen zo getraumatiseerd heeft in het leven.

‘Zij was gek’, zegde hij over een jonge vrouw die zelfmoord had gepleegd.

‘Zij was seksueel misbruikt geweest in haar jeugd, de pijn werd haar teveel’, zegde ik.

Het gesprek viel stil. Iedereen zweeg.

We staan zo snel klaar met ons oordeel.

‘Wat is dat voor een moeilijke mens’, hoor je vaak.

Ome Rik draait het liever om, ’wat heeft die mens het moeilijk’.

Zo is er even ademruimte, even meer mildheid.

Minister van Welzijn Wouter Beke bespaart op de Vertrouwenscentra voor Kindermishandeling.

Minister, dit kan echt niet door de beugel.

Ome Rik kan maar één ding zeggen:

Als je eens wist.


Het probleem Belgie

 In zijn column stelt Ivo Victoria dat de federale gesprekken niet over beleid gaan, maar over taal, cultuur, sentimenten.

Het klopt dat in Belgie niet iedereen dezelfde taal spreekt. 

Het communitaire dient echter als een mistgordijn dat wordt opgetrokken om de echte breuklijn te verdoezelen.De breuklijn ligt in de strijd om twee verschillende maatschappijvisies.

De ene visie stelt geen fundamentele vragen over het systeem en willen alles zoveel mogelijk behouden zoals het is. Zeker geen belastinghervorming die de begoede hardwerkende vlaming zou treffen, om maar één voorbeeld te noemen.

 De ander visie stelt zich vragen bij de groei obsessie van de economie, is bezorgd om de draagkracht van de planeet, wil gaan voor een herverdeling van de rijkdom om de armoede aan te pakken.

Dat is het echte probleem in Belgie, alles behalve een kinderachtige zaak, zoals de schrijver stelt.

(tekst als lezersbrief ingezonden in De Morgen)


De Tuin der Poëten

Er zijn mensen die zorgen voor geluk waar ze ook komen of zijn.

Ome Rik noemt hem de vriendelijkste man van Mortsel. Geloof het, of geloof het niet, ik ken niemand die zo gelukkig is met zichzelf als deze broze grijsaard.

Een echte levenskunstenaar pur sang. Zelf in het ziekenhuis zegt hij: 'ik verveel me nooit, of ik hier ben of in mijn luie zetel zit thuis, wat maakt het uit?' Ach, wat zou ik graag leerjongen in zijn school of life zijn geweest.

Misschien is het niet toevallig dat hij kartonnen dozen met poëzie heeft volgeschreven, deze Rutger Kopland van Mortsel. Hij ademt poëzie zoals het water dat naar de zee loopt.

Nu gaan zijn gedachten dankbaar terug naar zijn kinderjaren. Zijn ogen blinken ondeugend als hij vertelt over het eenvoudige boerenleven van vroeger. Als een boom die met zijn wortels op zoek is naar het ultieme begin.

Gisteren en eergisteren weet hij niet meer. Maar in het Nu is hij, God zij dank, zalig aanwezig.

'Als je zo ver bent dat je niet meer verder kunt ben je al een eind', schreef hij. Zo eenvoudig is het. Wat is de zin van het leven schrijft een oude vrouw verblijvende in een woonzorgcentrum in een lezersbrief aan de psycholoog van de Flair, nu ik niets meer kan?

Schrijf, laat je verbeelding werken was het antwoord. Of zoals een bekende aimabele dichter zegt; 'maak reizen in je hoofd'.

Schrijven kon hij als geen ander.

Ik kijk de oude man na als hij door de gangen schuift. Nog even en er rest "enkel vermetel hopen op een later", zo las ik in één van zijn gedichten.

Hoe kunnen we onze dankbaarheid uiten om zoveel levenswijsheid?

Ome Rik weet een plek waar zijn woorden een plaats kunnen krijgen.

Een plek waar gedichten thuis zijn, een plek die hij vaak bezocht heeft.

In den Botaniek:

De Tuin der poëten.



Engelen ze bestaan!

 Geloof het of geloof het niet, engelen ze bestaan.

Het is alweer 15 jaar geleden dat mijn moeder Anny Hanssen overleden is.

‘Gentle Annie komt niet meer’ zingen Kate & Anna McGarrigle. Google maar eens op You Tube. Laat zo het licht schijnen in deze donkere dagen.

Gentle Anny, voor eeuwig die éne. Zij was voor velen van ons een engel. Onvoorwaardelijke liefde onmisbaar om te kunnen opgroeien. Zij stapte zo in de voetsporen van haar grootmoeder, die de engel van Luik werd genoemd, omwille van haar liefdadigheidswerk en edel karakter.

Er zijn ook mannelijke engelen. Gust, zelfs een kranige tachtiger, heeft meer dan 10 jaar voor zijn vrouw gezorgd, toen zij getroffen werd door een hersenbloeding. Ome Rik heeft het gezien, vele dagdagelijkse kleine, ontroerende, gebaren van onvoorwaardelijke liefde. Ach, Gust, kon ik je maar de Nobelprijs voor Zorg geven.

We leven in tijden waar angst mogelijke engelen in duivels doet veranderen.

Internetforums zijn daar erg handig voor.

Tegen deze stormvloed van angst is moed en wederwoord nodig. Hoop doet leven.

Deze column is dan ook een nieuwjaarswens van Ome Rik.

De wens dat vele engelen in 2020 ons pad moge kruisen.

Want vergeet het niet, ook als het soms wat moeilijker gaat…

Engelen ze bestaan!